Praktische richtlijnen voor het bouwen van inclusieve speeltuinen

Spelen is doen! Elk kind – met of zonder beperking – moet de kans krijgen om diens eigen spelervaring te sturen. Maak de speeltuin uitdagend en boeiend voor kinderen met verschillende vaardigheidsniveaus en waak erover dat hij niet overbeschermd wordt.

Variatie & uitdaging

  • Gebruik het 3D-model van spelen om na te denken over variatie in spel en spelontwikkeling. Zorg ervoor dat er speelelementen zijn voor alle gebieden in het model. De verschillende dimensies kunnen als aparte installaties worden opgenomen, maar ze kunnen ook geïntegreerd worden in één grotere structuur.
  • Kinderen met verminderde cognitieve of sociaal-emotionele vaardigheden houden vaak van zintuiglijk speelgoed. Een echt inclusieve speeltuin focust niet alleen op fysieke activiteiten, maar maakt ruimte voor exploratieve, sensorische speeltoestellen.
  • Zorg voor afwisseling en uitdaging. Het is belangrijk om naast eenvoudige toestellen, ook toestellen te voorzien die meer gevorderde vaardigheden vereisen. Dit zowel cognitief als motorisch. Uitdagingen op een speeltuin zorgen ervoor dat kinderen minder de grenzen gaan opzoeken en minder geneigd zijn om toestellen ‘oneigenlijk’ te gaan gebruiken.
  • Ook in een speeltuin kan je multisensoriële ruimtes of snoezelruimtes creëren door een stille, halfgesloten ruimte te ontwerpen die is uitgerust met visuele stimuli (zoals gekleurde plastic ramen, geluiden, voel oppervlaktes), een zacht oppervlak om op te zitten of te liggen en zelfs elektronische geluids- of lichtapparatuur.

Zonering

  • Denk bij het opdelen van een park niet alleen aan jongere en oudere kinderen, maar ook aan speelintensiteit of speelstijlen. Op basis daarvan kan je verschillende speelzones creëren die ofwel fysiek uitdagend en zeer actief zijn ofwel net makkelijk toegankelijk en rustig en dit voor kinderen van alle leeftijden en lichaamsgrootte.
  • Sommige ouders en kinderen willen graag een veilige zone met speciale speeltuigen aangepast aan hun mogelijkheden. Deze speciale zones mogen in geen geval volledig gescheiden zijn van de andere toestellen, zodat interactie mogelijk blijft. Denk bij het ontwerp na over de verhouding tussen zones en hoe verschillende zones kunnen overlappen of interageren. Ouders hebben vaak meerdere kinderen mee en houden dan graag iedereen tegelijk in het oog.
  • Actieve zones moeten ook toegankelijk zijn voor kinderen met beperkte mobiliteit. Ook deze kinderen worden immers graag betrokken bij actieve en uitdagende activiteiten. Sommigen blijven liever in hun rolstoel zitten terwijl ze zich voortbewegen, anderen kunnen zich zelfstandig voortbewegen met behulp van de toestellen of door op de platforms te kruipen. Zorg voor rolstoeltransfer mogelijkheden tussen het grondoppervlak en de platforms en toestellen.
  • Zones moeten niet volledig gescheiden worden door afstand of fysieke barrières. Het is mogelijk om ze dicht bij elkaar te plaatsen en zachte scheidingslijnen te creëren met behulp van natuurlijke elementen zoals bomen of struiken of door verschillende kleuren of materialen te gebruiken.
  • Voor een multigenerationele benadering combineer je speelmogelijkheden voor kinderen met zachte recreatie voor volwassenen en hangplekken voor tieners (banken, picknickplaatsen, sporttoestellen ...) in dezelfde omgeving.

About the authors:

Filip Gerits en Yves De Keuster zijn ontwerpers en onderzoekers die gespecialiseerd zijn in het ontwerp en de veiligheid van activiteitsspeelgoed en speelinfrastructuur. Voor dit onderwerp konden we rekenen op de onmisbare steun van een reeks deskundigen, kinderen en ouders met ervaring op het gebied van inclusief spelen. Wij danken in het bijzonder Kathleen Op De Beeck - gespecialiseerd in ergotherapie en inclusief onderwijs aan AP - hogeschool in Antwerpen, België - voor haar inbreng en enthousiasme.

Hebt u vragen over onze B2B-producten? We zijn er om u te helpen.